Quantcast
Channel: Dominicaans Nederland
Viewing all 3347 articles
Browse latest View live

Maandelijkse meditatie in Dominicus Utrecht

$
0
0

‘Venster van de ziel’ is de titel van maandelijkse begeleide meditaties op donderdagavonden 8 januari, 12 februari, 12 maart, 9 april, 7 mei en 11 juni in de Dominicuskapel Utrecht.

Dominicuskerk in Utrecht

Dominicuskerk in Utrecht

Vensters laten licht door, we kijken erdoor naar buiten en naar binnen. Met behulp van verschillende meditatievormen stel je je open en heb je aandacht voor wat in jou leeft en oefen je in ontvankelijkheid. Daarbij worden bronnen uit de christelijke traditie gebruikt.

Iedereen met enige ervaring met meditatie is welkom. De begeleiding is in handen van Seintje Bos, theoloog en geestelijk begeleider.

Tijd: donderdagavonden 8 januari, 12 februari, 12 maart, 9 april, 7 mei en 11 juni 2015

Plaats: Dominicuskapel, Palestrinastraat 1, Utrecht

Kosten: € 75,- voor de serie of € 15,- per keer.

Aanmelding en informatie: info@seintjebos.nl


Iraakse bisschop: ‘Ga niet achter de emoties aan’

$
0
0

Gewone moslims zijn de grootste slachtoffers van IS en andere extremisten, want zij kapen hun godsdienst en maken het tot een wapen. De interessantste vraag is waarom het westen een vijand nodig heeft. Dat zegt de Iraakse dominicaan Yousif Mirkis, aartsbisschop van Kirkuk, in een gesprek met de Nederlandse zuster Yosé Höhne-Sparborth.

 Zr. Yosé verblijft enkele weken in Koerdisch Irak, om vluchtelingen uit Mosul en omgeving te helpen met onder meer traumaverwerking en lichaamswerk, en allerlei hand- en spandiensten. Ze sprak Mirkis op 8 januari, daags na de aanslag in Parijs op het satirisch weekblad Charlie Hebdo.

Aartsbisschop Yousif Thomas Mirkis o.p. Foto: Yosé Höhne-Sparborth

Aartsbisschop Yousif Thomas Mirkis o.p. Foto: Yosé Höhne-Sparborth

‘Iedereen is ontzet’, zegt Mirkis over de aanslag in Parijs. ‘En terecht. Het grootste gevaar is, dat we in de emoties blijven hangen. In westerse media worden de emoties nu zo lang bespeeld, tot er een volgende emotie komt. Maar er wordt geen grondige analyse gemaakt. Daarvoor moet je afstand nemen en scherp kijken. Media hebben daar een grote verantwoordelijkheid in: ze kunnen een rol spelen in escalatie of bijdragen aan de-escalatie.’

‘Ik ben pastor, theoloog, bisschop. Als pastor moet ik mijn mensen, de vluchtelingen hier, die zo beschadigd zijn, allereerst de ruimte geven om hun emoties te uiten. Maar ik mag mijzelf niet verliezen in emoties. Ik dien te weten waartoe we als christenen geroepen zijn en ik moet goed kijken, wanneer ik mijn mensen weer kan leiden naar waar het wezenlijk om gaat. Jezus heeft ons uitgenodigd om verzoening te leven, om te vergeven.’

Derde Wereldoorlog?

‘Westerse media beheersen het beeld van de wereld. Zij laten ons zien wat de dominante wereld wil dat wij zien. Zij zullen ons nu laten zien, dat moslims niet deugen. Maar de moslims zijn werkelijk de grootste slachtoffers van Da’ish (zo noemen de Irakezen IS, red). Da’ish heeft hun godsdienst gekaapt en er een geweldswapen van gemaakt. Bovendien, de christenen zijn gevlucht, de moslims bleven in Mosul, velen van hen zijn gedood, omdat ze niet willen zijn als die roversbende.’

‘Ik vrees echt, dat we in de Derde Wereldoorlog zijn terecht gekomen. Die oorlog is wereldwijd, maar wordt niet gevoerd met legers. Nu kunnen gangs aan de macht komen en een staat overnemen. De vraag is, hoe we ons daartegen weren. In ieder geval niet, door in eerste emoties te blijven steken en ons te laten bepalen door hun ideologie. We mogen niet generaliseren: dan worden we als Da’ish, want zij bepalen, dat alleen zij zonder zonde zijn, en alle anderen dood moeten.’

‘Ik geloof in de erfzonde. Op Thomistische wijze, als maatschappelijk gegeven, waar niemand los van staat. En dat maakt me bescheiden, want mensen zijn maar beperkt verantwoordelijk voor het kwaad dat ze stichten. Daarom kan ik vergeven, daarom moeten we vergeven. En tegelijk, kan ik nooit zover komen dat ik de ander zondig verklaar en mezelf buiten schot houd.’

IS ontstond uit generaliseren

‘We moeten de Da’ish stoppen. Ze doden zou dom zijn, ze als criminelen opsluiten zou voor ons een verademing zijn. Dan konden we onszelf de kans geven te begrijpen wat er in hen omgaat. Als we dit niet begrijpen, kunnen we het niet goed bestrijden.
Wij mogen niet gaan generaliseren, dat is dodelijk. In de westerse wereld gebeurde dat al, dat is het virus waaruit Da’ish is ontstaan. De ander zondig verklaren, iets dat moet worden uitgeroeid, dat bedreigt ons. Haat tegen moslims of tegen de islam: dan blijft enkel nog oorlog over.’

‘De vluchtelingen hier voelen angst, diepe angst, dat is iets anders. Er is therapie nodig en toekomstperspectief. Angst kan haat worden, als dat gebeurt, zijn we verloren. Mijn taak is het, om alles te doen om dat te verhinderen.’

Westen: leer omgaan met verschillen!

‘Uiteindelijk moeten we als theologen de wereldverhoudingen zien. De westerse wereld heeft een vijand nodig. Na de communisten werden dat de moslims. Voor genuanceerden: de fundamentalisten. Maar een gemeenschappelijke vijand is nodig voor de wapenindustrie om de schijn van winsteconomie op te houden.’

‘Da’ish is een alarm. Europeanen moeten echt oppassen, niet omdat moslimimmigranten de zaak willen overnemen. IS heeft niets met islam te maken: het is een roversbende.
Maar Europa is een kasteel geworden, Lampedusa is er het symbool van. Waarom maken jullie van Europa een soort Israël? Dan zul je nooit meer vrede hebben. Tracht te zien wat er achter die hoge muur gebeurt. Wat je daar aan het aanrichten bent. Dan begrijp je het alarm, en kun je je door het alarm laten leiden naar wat het echte gevaar is.’

Waarom heet het westen een vijand nodig?

‘Waarom heeft de westerse wereld een vijand nodig? Waarom heeft de westerse wereld een generaliserende ideologie nodig waarin ze zichzelf als superieur voorstelt, en de anderen als inferieur, of zonde, en dus om te doden, te onderwerpen, in het beste geval gelijk te maken aan zichzelf? Waarom verdraagt de westere wereld geen verschillen?
Dat dan “ontwikkelen” noemen is de seculiere variant van proselitisme, de ander een bekering opdringen. Dat geeft reacties. Die reacties afstraffen is symptoombestrijding.

De westerse wereld leeft zich uit in vrijheid, maar tegelijkertijd werkt ze nogal uniformerend. Hoe kunnen we werkelijk dialogeren leren, open dialogeren met mensen die werkelijk anders denken dan wij? Hen werkelijk zien als partners in het gesprek, zonder hen te willen bekeren tot ons standpunt?’

‘Regels om je vrij te maken’

$
0
0

‘Er was eens een intelligente Spanjaard die een nieuwe organisatie oprichtte. Het was een gat in de markt.’ In een essay voor een vakblad over compliance - regelgeving voor de financiële sector – maakt Arjan Broers dankbaar gebruik van de dominicaanse constituties.

Arjan Broers close up zwwt kleinDe man begon met zestien mensen in een Franse stad, voor het einde van de eeuw waren er in heel Europa zo’n 30.000 mensen betrokken geraakt, onder wie de wizzkids van zijn tijd. Aan het begin van de wetgeving van de organisatie schreef hij: ‘Deze regel is bedoeld om jou vrij te maken’. En iets verderop: ‘Voor elk van deze regels kan dispensatie worden gegeven, als het in het belang is van onze missie’.

De Spanjaard heette Domingo de Guzman, het jaar was 1216, de organisatie was de Orde der Predikers, beter bekend als de dominicanen, een katholieke religieuze orde.

Als ik over compliance lees, moet ik steeds aan deze regels van Dominicus denken. Want we hebben het doorgaans over regelgeving in de financiële sector omdat er van alles fout gaat of fout is gegaan. De regels zijn bedoeld om ontsporingen te voorkomen, controle te organiseren, verantwoording af te leggen.

Dat is heel begrijpelijk, maar het is niet genoeg. En omdat we dat niet snappen, maken we de regelgeving steeds verfijnder, complexer. Het vergt almaar meer studie om de wet- en regelgeving te begrijpen en toe te kunnen passen. Het wordt een wereld op zich. Een vak op zich.

In deze bijdrage betoog ik dat het niet mogelijk én niet verstandig is om eindeloos door te gaan met het dichten van de mazen in de wet. Wat we nodig hebben is een positieve gerichtheid van de regels, ook voor deze sector, en een gezamenlijke praktijk om daar aandacht aan te geven.

Klik hier om het hele artikel in ‘De Compliance Officer’ te lezen

‘De blinde vlek voor religie’

$
0
0

Nederlanders weigeren het te geloven, maar de wereld wordt steeds religieuzer. Erik Borgman, hoogleraar theologie en lekendominicaan, vertelt op 8 februari in Utrecht over religieuze logica en de toekomst van onze democratie.

erik-borgmanOok in ons land wint religieuze logica terrein. Waarom willen we Syriëgangers niet begrijpen? Waarom blijven we herhalen dat gesluierde moslima haar eigen onderdrukking vormgeeft, hoewel ze zelf het tegenovergestelde beweert?

Erik Borgman, hoogleraar theologie van de religie in Tilburg, doet op basis van zijn onderzoek en met het oog op de toekomst van onze democratie een poging een onoverzichtelijke kluwen te ontwarren.

Tijd: zondag 8 februari, 20.00u – 22.00u

Plaats: Dominicuskapel, Palestrinastraat 1, Utrecht

Entree: gratis, vrijwillige bijdrage wordt op prijs gesteld

Klik hier voor meer activiteiten in de Dominicus Utrecht

Over ouderdom en groeien in liefde

$
0
0

Er is geen enkel woord in onze taal dat zoveel tegenstellingen in zich draagt als liefde.

Bernard de Cock o.p. (foto: Dominicus Gent).

Bernard de Cock o.p. (foto: Dominicus Gent).

Het verwijst naar egoïsme én altruïsme, heiligheid én overtreding, vlees én geest. Liefde duidt op iets dat je overkomt én op een gebod. Ze staat voor begeerte én hechting, onrustige verliefdheid én geduldige trouw, zotternij én wijsheid, passie én deugd.

Blijkbaar heeft liefde als term geen enkel passend synoniem. Uiteraard ligt de rijke menselijke ervaring aan de oorsprong van haar vele betekenissen: affectie, begeerte, vriendschap, genade… Die verschillende betekenissen lopen in de liefdesbeleving door elkaar.

Je kan wel een dubbel onderscheid maken. Enerzijds tussen de liefde uit begeerte (concupiscentia), dat is de liefde die ik voor een ander heb omwille van mezelf, dus omwille van datgene wat die ander mij kan geven, en de vriendschap (amicitia), dat is de liefde voor een ander omwille van hem/ haarzelf. Anderzijds tussen de voorkeursliefde (dilectio), dat is de liefde voor de mens(en) waar ik iets voor voel en voor mijn naaste familie, en de naastenliefde (caritas), dat is de ruimste liefde voor gelijk welke ander, wie hij of zij ook is.

Een leven lang proberen mensen hun seksuele gebaren en hun liefdevolle gevoelens voor hun beminde op elkaar af te stemmen. Senioren bij uitstek weten van het menselijke tekort en kunnen ons leren tegelijk mild te zijn en toch te blijven strijden tegen de voortdurende verleiding om de ander te herleiden tot het zelf en de eigen noden.

Als het goed is, hebben ouder wordende koppels en alleenstaanden gaandeweg met vallen en opstaan de liefde als tedere ontferming ontdekt en in praktijk gebracht. Ze plukken er nu de vruchten van. Die tedere ontferming is geen neerbuigende compassie, wel vanuit de eigen kwetsbaarheid de ander in zijn kwetsbaarheid beminnen. Alleen een zwakke mens, namelijk degene die zich doorheen de zwakheid van de ander bewust wordt van zijn eigen zwakheid, kan zijn naaste beminnen.

*

Deel uit een overpeinzing van de Vlaamse dominicaan Bernard de Cock in het voorlopig laatste nummer van het tijdschrift Dominicaans Leven

Dialoog joodse, christelijke, islamitische vrouwen

$
0
0

In het Dominicanenklooster Huissen wordt voor de 24e keer een ontmoetingsweekend georganiseerd voor christelijke en islamitische vrouwen. Voor de eerste keer zijn nu ook joodse vrouwen betrokken: een trialoog, van 20-22 februari

volhardingHoe houd je het vol? Waar halen vrouwen het doorzettingsvermogen vandaan om met elkaar in gesprek te blijven? De conflicten in het Midden-Oosten en Afrika blijven immers niet tot ‘daar’ beperkt.

In een ontmoetingsweekend van joodse, christelijke en moslimvrouwen lezen we samen uit onze heilige teksten verhalen over volhardende vrouwen uit de joodse, christelijke en islamitische tradities.

Zo worden dwarsverbanden mogelijk en worden deelneemsters uitgedaagd om teksten die zij meenden te kennen door de bril van de ander opnieuw te bekijken. In de keuze van de teksten haken we in op actualiteiten en onderzoeken we hoé vrouwen met huidige spanningen op een constructieve en creatieve manier om kunnen gaan.

Het ontmoetingsweekend wordt voor de 24e keer georganiseerd. Dit succesvolle project van moslim- en christenvrouwen wordt dit jaar uitgebreid met joodse vrouwen. Ook worden ontmoetingsprojecten tussen aanhangers van verschillende religies aangeknoopt bij praktische vragen (dialoog van het leven).

Wij beogen de verbinding met de samenleving te leggen door juist te starten bij wat we ten diepste geloven. Het werkt drempelverlagend wanneer vrouwen het gevoel krijgen dat hun geloofsovertuiging ten volste wordt gehonoreerd. Daardoor bespreken we geloof in het dagelijks leven gemakkelijker en ook op een verdiepend niveau. Onze ervaring is dat het werkt!

Praktische informatie
Datum: 20-22 februari 2015 (vrijdag 17.00 uur-zondag 14.00 uur)
Plaats: Dominicanenklooster in Huissen
Kosten: € 125,-
Het eten is vegetarisch, met dieetwensen wordt rekening gehouden
Meer informatie en aanmelding: http://www.kloosterhuissen.nl/programmas/inschrijven.php?programmaID=958

Bron: Kloosterhuissen.nl

Tijdschrift Dominicaans Leven stopt

$
0
0
Het Vlaamse tijdschrift Dominicaans Leven is ter ziele. De nieuwe vormgeving en een poging tot samenwerking met de Nederlandse dominicaanse familie heeft niet mogen baten. Wellicht krijgt het blad een vervolg als de Vlaamse en Waalse dominicanen samengaan.

Deze foto staat op de laatste pagina van het laatste nummer van het tijdschrift, met als thema: 'Ik word oud'.

Deze foto staat op de laatste pagina van het laatste nummer van het tijdschrift, met als thema: ‘Ik word oud’.

Dat laatste oppert de Vlaamse provinciaal overste Marcel Braekers o.p. in zijn dankwoord. ‘Misschien maakt onze orde een golvende beweging door en zal ze stilaan in Vlaanderen verdwijnen, om later op een andere manier terug te keren. Dat is mijn heimelijke hoop bij het samengaan met Belgique Sud’, schrijft hij.

Het tijdschrift Dominicaans Leven was vorig jaar qua uiterlijk drastisch vernieuwd en versterkt met Nederlandse redactieleden. De samenwerking bracht echter niet wat men hoopte, de beschikbare menskracht bleef afnemen en ook de fondsen raakten uitgeput. Waar veel Vlamingen geneigd zijn om positief te reageren op de open uitnodiging om mee te betalen aan een gratis blad, zijn Nederlanders daar minder scheutig mee. Geert Laleman, die het leeuwendeel van het redactiewerk verzette, heeft zijn taak nu teruggegeven.

Volgens Braekers is de sterk vergrijsde Vlaamse provincie in ‘een stroomversnelling’ terechtgekomen en is het beter het ‘tijdschrift tijdelijk te stoppen’. Misschien houdt de Vlaamse provincie volgend jaar kapittel samen met de Waalse vice-provincie. ‘Hoe de structuur van die nieuwe entiteit er zal uitzien moet nog worden vastgelegd’, schrijft Braekers.

‘Ik ben ervan overtuigd dat eens dit is gebeurd ook Dominicaans Leven opnieuw uit zijn as zal herrijzen, misschien niet zo mooi ogend als vandaag. De band tussen paters, zusters en leken, de grote familia dominicana, behoort tot de wezenheid van ons orde en ik kan me dus niet voorstellen dat er geen blad zou zijn dat daarvan een uitdrukking is. Maar zelfs op het ogenblik dat ik deze woorden neerschrijf,voel ik een aarzeling. Het heeft te maken met ouderdom, met het feit dat heel veel door enkele schouders wordt gedragen.’

Het is herfst, schrijft Braekers. ‘Er is sterven en in dat sterven een schoonheid die er anders niet is’.

Dominicaan Jacques Mählmann overleden

$
0
0

In het Berchmanianum in Nijmegen overleed op de avond van 14 januari Jacques Mählmann. Hij was 82 jaar oud, 62 jaar geprofest en 56 jaar priester. De uitvaart is op dinsdag 20 januari.

Jacques Mählmann o.p., 1932-2015.

Jacques Mählmann o.p., 1932-2015.

Jacques Mählmann is de vierde broeder dominicaan die binnen één maand overlijdt, na Servais Braham, Vincent van Rooij en Nico Gomes. Afgelopen week overleed bovendien oud-dominicaan Hein van Dongen.

Br. Jacques werd geboren op 8 februari 1932. Hij deed professie op 18 september 1952 en werd priester gewijd op 25 juli 1958. Hij werkte 31 jaar als pastor in achtereenvolgens Rotterdam, Utrecht en Schiedam. Vanuit het Albertinum te Nijmegen werd hij lid en prior van het Mariaconvent dat zich in 1996 vestigde in Berg en Dal.

In 2006 verhuisde hij naar het Berchmanianum, maar ondanks een slopende ziekte bleef hij gehecht aan het leven. Hij was blij dat hij door een bijzondere behandeling in het ziekenhuis van Rotterdam zeven jaar verlenging van zijn leven had gekregen. Na zijn overlijden op de avond van 14 januari heeft een aantal medebroeders uit het Berchmanianum het Salve Regina bij zijn lichaam gezongen.

Moge hij in God geborgen zijn!

Ten afscheid van Jacques houden we op maandag 19 januari om 17.30 uur een avondwake in de kapel van het Berchmanianum, Houtlaan 4, 6525 XZ Nijmegen.

De eucharistie bij zijn uitvaart vieren we in de H. Dominicus te Nijmegen aan de prof. Molkenboerstraat 7 op dinsdag 20 januari om 11.30 uur. Aansluitend vindt de begrafenis plaats op het kerkhof van de dominicanen aan de Willem Schiffstraat.


‘Zwijgen kan niet meer’

$
0
0
De ideologieën van de politieke islam zijn uitgelopen op een verschrikkelijke tragedie. In Tertio stelt dominicaan en islamkenner Emilio Platti dat we te maken met een religieus fascisme dat, vanuit een verkeerd begrepen monotheïsme, alleen homogeniteit nastreeft en diversiteit afstraft. Hij wil niet langer zwijgen.

Prof. Emilio Platti o.p.

Prof. Emilio Platti o.p.

Emilio Platti is dominicaan van de Vlaamse provincie, emeritus-hoogleraar islam aan de KU Leuven, verbonden aan het Brusselse dialoogcentrum El-Kalima en aan het befaamde Dominicaans Instituut voor dialoog Ideo in Caïro, Egypte.

In het artikel in Tertio stelt hij dat het de tragedie van de Arabische Lente is dat ze te vroeg kwam. ‘Islamisten van allerlei pluimage hebben geprofiteerd van de instabiliteit om overal de democraten te marginaliseren, behalve in Tunesië. De vraag is dringender dan ooit: wat verbindt al deze groepen?’

Platti erkent dat er in de islamitische wereld een breed levende verbittering is over het Westen, en met name de VS. Maar hij wijst ook op de theologische invalshoek, ‘die ons laat zien waar de band ligt die alles verbindt. In ons sterk geseculariseerde Westen kunnen we ons soms niet inbeelden dat elders godsdienstige motieven doorslaggevend kunnen zijn. En dat is in de islamwereld zeker het geval. Hoe graag we het ook zouden hebben dat zij onze manier van denken zouden overnemen.’

Platti analyseert hoe er in de loop van een kleine eeuw een moslimidentiteit is gecreëerd ‘die gebaseerd is op eenvoudige gedragspatronen, overgeërfd vanuit de middeleeuwse handboeken over de sharia. Daarbij wordt voorgehouden dat dit model universeel en onveranderlijk is. En alleen zo is men mens; geen ander levensmodel is humaan.’

Deze opvatting van de sharia is de politieke islam gaan domineren, stelt Platti. Volgens hem is de meerderheid van de moslims hier niet van gediend, maar omdat de politieke islam zich zo sterk beroept op een rigide, alles dominerend beeld van God, zijn de botsingen heftig.’We hebben te maken met een religieus fascisme dat, vanuit een verkeerd begrepen monotheïsme, alleen homogeniteit nastreeft en diversiteit afstraft. En dat heeft enorme gevolgen.’

Platti pleit voor intermenselijke en interreligieuze dialoog, ‘want menselijke medeschepping, zelfontplooiing, diversiteit en particulariteit zijn precies de waarden die worden neergehaald. In die zin wil ik het islamgeloof niet bestrijden op zich, maar wel zijn perversie’. Die perversie, zo stelt de dominicaan, is het idee dat alles moet worden uitgezuiverd. Net zoals Christus gekruisigd werd door een heilige wet.

Lees hier het hele artikel.

Eckhart beleven met Rothko, of andersom

$
0
0

‘Mijn vrouw zag het meteen al: Rothko, dat is Eckhart.’ Lekendominicaan Evert van den Berg geeft binnenkort samen met theologe en kunstenares Sylvia Grevel een cursus Rothko en mystiek, in het Thomashuis Zwolle.

Evert van den Berg

Evert van den Berg

Mijn vrouw zag het meteen al: Rothko, dat is Eckhart. Voor mij vielen de stukjes van de puz­zel pas in elkaar toen ik na mijn eerste bezoek aan de grote Rothko-tentoonstelling ­in het Gemeentemuseum in Den Haag in het Mu­seum­tijdschrift (nr. 6, sept./okt. 2014, 18-25, p.25) de woor­den van Edo Dijksterhuis las:

‘Want daar, in het schil­derij en achter de laag pigment, wacht de ultieme kennis, de ex­tase van het niets (mijn cursivering, EvdB), de liefde, de dood – het antwoord is af­han­kelijk van welke Rothko je wilt zien.’

Deze uitspraak over Rothko doet namelijk onmiddellijk denken aan onder meer het vol­gen­de citaat uit Eckhart preek Iustus in perpetuum vivet:

‘En daarom, wil je leven en wil je dat je werken leven, dan moet je ten aanzien van al­le dingen afgestorven en tot niets geworden zijn.’

Dat Rothko ‘iets met Eckhart heeft gehad’, wordt bevestigd door een mededeling van Van Os (zie de ten­toonstellingscatalogus, p. 39). Zo zou men met recht kunnen zeggen dat wat Rothko met name in zijn latere schilderijen met kleuren wil doen, hetzelfde is als wat Eckhart met woorden tracht te bereiken. Want achter die woorden en die kleuren verbergt zich uiteindelijk het geheim van het niets, waar God, of het Andere, zich kan openbaren.

Een werk van Rothko

Een werk van Rothko

Om zo ver te komen, hebben beide kunstenaars, want dat zijn het, een harde strijd met hun materiaal moeten voeren. Zoals men op de tentoonstelling kan zien, voerde Rothko’s zoek­tocht langs het expressionisme via een figuratief sur­realis­me naar zijn ‘klassieke’ stijl. Daarin schilderde hij grote doeken met twee of meer kleur­vlak­ken, die opgebouwd zijn uit trans­parante lagen verf. In zijn laatste periode worden de kleuren donkerder, al is zijn laatste schilderij weer hel­der rood. Zo zou men kunnen zeggen dat hij eerst de vorm los heeft gelaten en daarna de kleur.

Wie de preken van Eckhart leest, ziet hoe ook hij geworsteld heeft om duidelijk te maken wat hij te zeggen heeft. Allereerst met de taal. Vanuit het niets heeft hij woorden gevonden om fi­lo­sofisch-theologische Latijnse begrippen in zijn taal, het middeleeuwse Duits, te vertolken; een bekend voorbeeld is vernunft voor intellectus. Luther heeft daar twee eeuwen later op kunnen voortbouwen.

Verder kunnen we paradoxale uitdrukkingen tegenkomen zoals ‘Het (het vonkje, de ongeschapen, eeuwige, dus goddelijke kern van de ziel) draagt het beeld van alle schepselen in zich, beeld zonder beeld en beeld boven alle beeld uit.’ Maar ook dan nog ziet hij zijn woorden tekortschieten en al tastend komt hij tot formuleringen als ‘Ik heb wel eens gezegd… Nu zeg ik…’ Daar kan dan een voortschrijdend inzicht mee worden uitge­drukt. Zo zegt hij in wat wellicht zijn laatste preek is geweest, Beati pauperes spiritu (Zalig zijn de armen van geest):

‘Ik heb het vaak gezegd (…) dat de mens zo leeg van alle dingen en alle werken moet zijn, dat hij een eigen plaats voor God zou kunnen zijn waarin God zou kun­nen wer­ken. Nu zeggen we iets anders. Doet het geval zich voor dat de mens leeg is van alle schepselen en van God en van zichzelf, maar is het nog zo dat God een plaats in hem vindt om te werken, dan zeggen we: zo lang dat bij iemand het geval is, is hij niet arm in de uiterste ar­moede.’

Hier zien we een radicalisering die parallel verloopt aan de ontwikkeling bij Rothko. En ten slotte, bij beiden hebben hun werken geen vastgelegde betekenis. Bij Rothko zagen we daar al iets over in het citaat van Dijksterhuis. De kunstenaar zelf heeft dat als volgt uitgedrukt (zie de tentoonstellingscatalogus p. 49): ‘Als mensen sacrale ervaringen willen, dan zul­len ze die hier vinden. Als ze profane ervaringen willen, dan zullen ze die ook vinden. Ik kies geen partij.’

Bij Eckhart ligt evenmin alles vast, we moeten zelfs alles loslaten. Bij hem hebben we niet met een dichtgetimmerde dogmatiek te maken, maar met een openheid die ruimte schept, lucht geeft. Dat blijkt alleen al daaruit dat hij juist in deze tijd zo veel lezers heeft, niet alleen binnen het christendom, maar ook daarbuiten, tot in het Zenboeddhisme toe.

Daarom zou ik aan wie een bezoek gaat brengen aan de tentoonstelling, in overweging willen geven ook kennis te nemen van bijvoorbeeld de prachtige inleiding tot Eckharts werk van Marcel Braekers uit 2014. En voor wie wil, is er in februari een cursus in Zwolle, mét bezoek aan de tentoonstelling.

Evert van den Berg

*

Literatuur:
Mark Rothko. Uit de collectie van de National Galery of Art, Was­hington, Den Haag: Ge­meen­temuseum / Veurne: Uitge­verij Hannibal.
Edo Dijksterhuis, ‘Mark Rothko’, in: mu­seum­tijdschrift (nr. 6, sept./okt. 2014, 18-25.
Marcel Braekers, Een weg van verstilling. Spirituele zoektocht met teksten van Meister Eck­hart. Uit­geverij Altiora Averbode 2014.
Meister Eckhart. Over God wil ik zwijgen. Preken en traktaten, vertaald door C.O. Jellema. Groningen: Historische Uitgeverij 2010.

Klik hier voor de cursus

De Rothko-tentoonstelling loopt van 20 september 2014 tot en met 1 maart 2015 in het Gemeentemuseum in Den Haag.

 

Mariaconcert Capella Phos Hilaron in Huissen

$
0
0

‘Maria Mater Domini’: een concert van het koor ‘Capella Phos Hilaron’ in de Kapel van het Dominicanenklooster in Huissen op zondag 1 februari 2015 om 15.30 uur.

Maria

Na het succesvolle Kerstconcert laat Capella Phos Hilaron opnieuw van zich horen. Op zondag 1 februari a.s., aan de vooravond van ‘Maria Lichtmis’, brengt het koor een programma met muziek dat is gewijd en gerelateerd aan Maria en het feest van Maria Lichtmis.

Uit de grote liturgische tradities van oost en west klinken gezangen ter ere van de Moeder Gods. En ook klinkt de Lofzang van Simeon, het Nunc Dimittis, dat op het feest van Maria Lichtmis wordt gelezen. U hoort onder meer een versie uit de befaamde ‘Leidse Koorboeken’.

Capella Phos Hilaron staat onder leiding van dirigent en oprichter Theo Menting.

U wordt van harte uitgenodigd om aanwezig te zijn bij dit concert, dat het koor in oktober vorig jaar met groot succes in Zwillbrock (Duitsland) heeft uitgevoerd. Het concert begint om 15:30 uur en de toegang is gratis, aanmelding vooraf is wenselijk. Na afloop houden we een deurcollecte, waarvan de opbrengst bestemd is voor een tegemoetkoming in de onkosten.

U bent van harte welkom in het Dominicanenklooster Huissen!

Dominicusreis juli 2015

$
0
0

Voor de zevende keer organiseren leden van de dominicaanse familie een zomerse reis naar het geboortegebied van de Orde der Predikers in Zuid-Frankrijk, van 1-8 juli 2015.

Montsegur

Montsegur

De reizigers zullen opnieuw te gast zijn bij de zusters dominicanessen in Prouilhe (het allereerste klooster van de Orde) en Fanjeaux. Het reisprogramma omvat Toulouse (2de dag heenreis), Montreal, Minerve, Fanjeaux, Narbonne, Fontfroide, Montségur, Roquefixade, Vals, Notre Dame de Marceille, Rennes-le- Château, Puylaurens, Mirepoix, Cahors en Solignac (op de terugreis).

Uiteraard ook: de bezinningsmomenten, de wandelingen en af en toe wat vrije tijd. Een intense week, andermaal deskundig en pittig humoristisch begeleid door Raf De Keyser, professor emeritus geschiedenis aan de KU Leuven. Een ervaring om nooit meer te vergeten, dat kan elke oud-Dominicusreiziger volmondig beamen.

Wie interesse heeft mag contact opnemen met Bea Duys: bea.duys@telenet.be
of 00 32 (0)3 485 71 89

‘Ik ben niet Charlie’– afscheid van dominicaans Irak

$
0
0

In de laatste van de zeven weken die de Nederlandse zr. Yosé Höhne-Sparborth in Koerdisch Irak doorbracht, ontmoette ze er voormalig magister Timothy Radcliffe en de dominicanessen die voor IS vluchtten. Een bericht uit oorlogsgebied.

door Yosé Höhne Sparborth

Begin december was ik een week bij de zusters dominicanessen in Erbil. De gemeenschap die ik in december aantrof was uitgeput en chaotisch, iedereen tolde rond, niemand durfde te melden als ze ziek was, dus er ging wel eens ineens een zuster dood. En nog eens. (Lees hier ‘Als zij hier kunnen leven, kan ik dat ook’).

Nu ik half januari terug ben, kom ik in een sterke gemeenschap terecht. Zij zeggen dat het door de week met mij komt (Yosé helpt onder meer met traumaverwerking, red.), ik denk dat het door de twee sterfgevallen komt, en door Kerstmis. Dat bracht rust.

Jezus kreeg een plek in het vluhtelingenkamp... (Klik om te vergroten)

Jezus kreeg een plek in het vluhtelingenkamp… (Klik om te vergroten)

De zusters hebben lang heel hard gewerkt om de enorme aantallen vluchtelingen vóór de echte winter en vóór Kerstmis enigszins goed onderdak te krijgen. Die druk is er af: het mogelijke is gedaan. Op de meeste plekken is dat niet genoeg, maar meer kan even niet. De gemeenschap die ik nu aantref, is sterk, hecht, rustgevend, omvattend.

En er is bezoek: drie zusters dominicanessen uit de VS en de Engelse dominicaan en voormalig magister Timothy Radcliffe zijn in Irak, de laatste met de Amerikaan Brian Pierce o.p.. Op dinsdag 13 januari ben ik de hele dag met hen op stap.

Najib Michael o.p. met het pamflet: 'Ik ben niet Charlie'.

Najib Michael o.p. met het pamflet: ‘Ik ben niet Charlie’. De boodschap hangt ook in de kapel.

In de ochtend spreek ik uitgebreid met de Iraakse dominicaan Najib Michael (zie: Iraakse dominicaan beschermt oude manuscripten), ook een vluchteling. Anders dan de dominicaanse aartsbisschop Yousif Mirkis vindt hij dat IS laat zien wat de islam echt is. Hij kan niet terug naar Karakosh. ‘De buren hebben ons uitgeleverd’, zegt hij, ‘dat komt nooit meer goed’. Hij droomt van een eigen nieuwe stad in het hart van Koerdistan.

Timothy Radcliffe en Brian Pierce komen net uit Bagdad, waar ze Mirkis uitvoerig hebben gesproken en zijn Open Universiteit hebben bezocht, waarvan ze erg onder de indruk zijn.

Overigens heeft Zermet, een van de dominicanen, een pamflet ontworpen: ‘Ik ben nt Charlie’. de Noen die voor nt gebruikt wordt, is de letter die Da’ish (IS) kalkt op huizen van christenen. De boodschap: Dit is niks, hier woont niemand, ieder mag het nemen. En de dominicanen willen ermee zeggen: ‘Wij zijn niet Charlie, wij gaan met respect om met onze moslimburen’.

In de middag bekijken we twee opvangkampen die Najib heeft weten te organiseren. Werkelijk prima gedaan. Een hotel dat in aanbouw was, maar door de oorlog niet wordt afgebouwd. En een ruwbouw, niet meer dan een betonnen staketsel. Van beide gebouwen kent hij de eigenaren, en hij mag ze kosteloos gebruiken.

Een van de half-afgebouwde gebouwen die worden omgebouwd voor en door de vluchtelingen.

Een van de half-afgebouwde gebouwen die worden omgebouwd voor en door de vluchtelingen.

Het hotel van drie etages heeft hij provisorisch laten voorzien van ramen en elektra. Er zijn honderd families ondergebracht, ongeveer zeshonderd mensen. Het staketsel is in opbouw. Op de eerste etage was de ruwbouw voor kamers rond, daarin heeft hij ramen laten plaatsen: elke familie een kamer. Daarboven zijn er twee etages waar containers zijn neergezet, met een plastic dak eroverheen tegen de kou.

Nu is men bezig met nog een etage wooncontainers, en daarboven zijn klaslokalen en een grote zaal voor bijeenkomsten gepland. Het werk wordt gedaan door vluchtelingen zelf, vakmensen, tegen een beetje betaling. De containers komen van de VN, maar moeten wel betaald worden.

FamilyIraqIn de avond komen enkele verhalen samen. In 1998 kwam Timothy Radcliffe als magister van de Orde naar Irak. In 2002, hij was inmiddels ambteloos broeder, zei hij de Amerikaanse zusters en broeders: ‘Jullie hebben familie in Irak!’ Die slogan werkt nog steeds (zie: We have family in Iraq: A journey in solidarity and love).

In 2002 kwamen twee zusters naar Mosul, ik was daar toen ook. Bij hun terugkeer begonnen ze grote acties met de dominicaanse familie. Zo stuurden ze 5.000 kinderschoenen naar het Amerikaanse Congres, symbool voor de 500.000 kinderen die door de boycot waren gestorven. Ze gingen met priesters en religieuzen de straat op, uit protest tegen de oorlog in Irak. Zo’n honderd religieuzen zijn vanwege die protesten de gevangenis in gegaan.

Brian Pierce leefde in Honduras samen met de Nederlander Bert Wulffelé o.p. (overleden in 2011, red.). Hij vertelt dat hij de eerste ideeën over een boek dat hij aan het schrijven is, destijds met Bert deelde. Die zag het niet zitten, en dat maakte dat hij er zich eerst verder in ging verdiepen.

In een preek memoreert Brian, dat ook hij zich bij het bezoek aan een kamp afvroeg: waar is God? Zijn antwoord was: ‘God is precies hier. Lijdend met de lijdenden, lijdend in de lijdenden. En elke hulp aan deze lijdenden is hen laten weten dat God met hen is’.

Timothy preekte de dag ervoor en sloot aan bij het gevoel, dat de mensen in de twee woontorens van Najib leven als een grote familie. ‘En dat is precies waartoe we geroepen zijn’, zei hij: ‘zuster zijn, broeder zijn. Wij dominicanen zijn geen vaders, wij zijn broeders. Daar werd ik mij hier weer heel bewust van.’

Voor een afscheidsfoto beklimmen allen de trap in de centrale hal.

Voor een afscheidsfoto beklimmen allen de trap in de centrale hal.

De beide dominicanen vertellen deze avond over hun boeken. Brian over ‘Jezus, de verloren zoon’, en Timothy over de vele christenvervolgingen van Afrika tot Indonesië, een dik boek waar hij met twee anderen aan werkt. Volgens Timothy hangt de groeiende weerstand tegen ‘de westerse wereld’, die zo snel wordt weggezet als ‘moslimterrorisme’, toch wel erg samen met hoe de ‘vrije markt’ in zuidelijke landen heeft huisgehouden en nog huishoudt. Ze hopen dat het boek nu snel klaar is.

Voor mij was het afscheid van de zusters in december indrukwekkend, omdat ik een week intens met ze had samengewerkt. Nu wil ik aan een lange avond met verhalen niet nog weer woorden toevoegen. Op mijn mondharmonica geef ik een muzikale evaluatie van mijn zeven weken in Irak: woede en driftig rennen en vluchten; uitputting; als soldaten strak in de pas en de dagorde om to overleven; en dan langzaam inkerende rust.

Ik krijg een warm applaus.We nemen afscheid en om middernacht brengen zuster Insaf, de overste, en zr. Huda me naar het vliegveld. Het is het einde van drie intensieve dominicaanse dagen en zeven weken (dominicaans) Irak.

Voormalig overste zr. Marie-Therese (midden) temidden van haar familie, ook vluchtelingen.

Voormalig overste zr. Marie-Therese (midden) temidden van haar familie, allemaal gevluchte christenen uit Mosul en omgeving.

Nu moet ik landen in Nederland, dat land van kanalen en dijken, waar zelfs vuilnisbakken een vaste plek hebben. Als ik aankom lijkt er alleen maar water te zijn, tot in de wolken.

Op vrijdag 16 januari woon ik de Oecumenelezing bij. Het verhaal van Vlaming prof dr. Peter Schmidt en de reactie van PKN-praeses Karin van den Broeke halen alle romantiek uit ‘de pelgrimstocht van gerechtigheid en vrede’ van de Raad van Kerken. Het zal erom gaan dat we opbreken uit de vastigheden die we onszelf timmerden rondom God, onze woorden, rituelen, alles. Dan kunnen we opnieuw leren ontdekken wat God ook alweer wilde met deze wereld. Christenen in het noorden moeten veel opruimen, om plek te maken in onze geest. Er is een zoektocht naar waarheden begonnen, ook in de Nederlandse kerk.

Ik hoop dat we allemaal samen die pelgrimstocht van gerechtigheid en vrede gaan maken. Tot heil van onze zusters en broeders, moslims en yezidi en christenen, in Irak en al die plekken van de wereld waar de christenen een behoorlijk verstorende markt hebben geïmplanteerd.

Yosé Höhne-Sparbroth

Wees zo vrij als Jezus en doe wat zich aandient

$
0
0

Niet Allah Akbar tegenover Je suis Charlie!

Jezus redt en bevrijdt, maar niet door afstand te houden van wat bedreigt, niet door de dubbelzinnigheid weg te duwen en de wereld in te delen in zwart of wit, in ‘van ons’ of ‘onze vijand’, in ‘van God’ of ‘van de duivel’.

Niet door wat bedreigend is tot niet-bestaand te verklaren, niet door wat ingewikkeld is in een eenvoudig schema te duwen, niet door de wereld in te delen in ‘gedreven door de gewelddadige onderdrukkingsdrang van de moslims’ en ‘vol van seculier vrijheidsverlangen’, niet ‘Allah Akbar’ tegenover ‘Je suis Charlie’.

Jezus redt en bevrijdt door juist dat te zien wat niet gezien wordt, door zichtbaar te maken wat wordt genegeerd, door te zeggen wat wordt verzwegen, door te zijn wat niet kan bestaan.

Theoloog en lekendominicaan Erik Borgman in zijn column voor debezieling.nl. Lees de volledige tekst: ‘Ben zo vrij als Jezus en ga de weg die zich aandient‘.

In het spoor van Dominicus – serie in Amsterdam

$
0
0

Het jaar 2016 wordt voor de Dominicaanse familie een jubileumjaar. 800 jaar zijn mensen met elkaar op weg gegaan in de geest van Dominicus. En nog steeds. Wat bezielt hen? In de aanloop van dat gedenken organiseert Plein van Siena vier bijeenkomsten.

800 jaar Dominicanen (1216-2016)

Arjan Broers

Donderdag  29 januari
19.30 – 21.30 uur

Dominicus:
prediker, ordestichter.  Inspirerend spoor voor ons?

Een avond met Arjan Broers

*

Bep van der Wilk o.p.

Donderdag  26 februari
19.30 – 21.30 uur

Albertus de Grote:
nieuwsgierig geleerde. Open en aandachtig onderweg

Een avond met zr Bep van der Wilk o.p.

*

Baptiste Tuin o.p.

Donderdag  23 april
19.30 – 21.30 uur

Catharina van Siena:
onweerstaanbaar en vol mededogen

Een avond met zr Baptiste Tuin o.p.

*

Jozef Essing o.p.

Donderdag 21 mei
19.30 -21.30 uur

Thomas van Aquino:
gelovige en denker. Kritisch en loyaal

Een avond met Jozef Essing o.p.

*

Kosten: € 9,- p.p. per avond

In Plein van Siena
Rijnstraat 109 HS
1079 HA Amsterdam


Hoe overleeft het christendom de 21e eeuw?

$
0
0

Vier lezingen van het Nijmeegse Albertinumgenootschap, op donderdagavonden in maart. Christa Anbeek, Mirjam Wolthuis, André Droogers en René Munnik over de vraag of het christendom in Europa deze eeuw overleeft.

Christa Anbeek

Christa Anbeek, 19 maart

Het christendom is in Europa heel lang de algemeen aanvaarde vorm van religie geweest. Ondanks crises kon het christendom zich tot midden vorige eeuw steeds herstellen. De vraag is of het ook de 21e eeuw zal overleven.

Er zijn aanwijzingen dat dit niet het geval zal zijn, althans niet in de vorm zoals wij tot nu toe het christendom en de religie kennen. De secularisering, de plaats van techniek en wetenschap, de liberalisering en het verminderde belang van instituties bepalen in overwegende mate de huidige levenssfeer.

Er zijn ook redenen om van overleving te spreken. Religie in een of andere vorm lijkt voor velen noodzakelijk voor zingeving en oriëntatie. Door het christendom zijn waarden, normen en denkwijzen diep geworteld in onze samenleving en in individuele levens.

Mirjam-Wolthuis

Mirjam Wolthuis

Onder welke omstandigheden en in welke vorm kan het christendom respectievelijk de religie overleven? Dat is het centrale thema van deze cyclus.

5 maart 2015
De stand van zaken en de toekomst van het godsgeloof
door Prof. dr. André Droogers, emeritus hoogleraar culturele antropologie, VU Amsterdam.

12 maart 2015
Is er nog plaats voor God in een hoogtechnologische cultuur?
door Prof. dr. ing. René Munnik, bijzonder hoogleraar filosofie TU Twente en docent filosofie aan de FKT Tilburg.

19 maart 2015
Aan de heidenen overgeleverd. Hoe theologie de 21e eeuw kan overleven
door Prof. dr. Christa Anbeek, bijzonder hoogleraar Remonstrantse theologie VU Amsterdam en hoofddocent Universiteit voor Humanistiek, Utrecht.

26 maart 2015
Geloofsgemeenschap in de praktijk van de 21e eeuw’
door Drs. Mirjam Wolthuis, pastor van de Dominicusgemeente te Amsterdam en supervisor.

Plaats: Dominicuskerk, Prof. Molkenboerstraat 5 te Nijmegen.

Tijd: 20.00 – 22.00 uur.

Entree 7 euro per lezing.

Informatie: 024-3580175 (Margot Niekus) en 024-3228285 (Ans Metz).

www.albertinumgenootschap.nl

 

Meer geluk dan grijsheid

$
0
0

De kop van dit artikel is de titel van een boekje van Jean-Jacques Suurmond over de spiritualiteit van het ouder worden. Het bracht zr. Baptiste Tuin o.p. ertoe om in gesprek te gaan met oudere medezusters. ‘De ouderdom is een weg van doen naar mogen zijn.’

suurmond-grijsheid

Uitgeverij Meinema, 2013

Het  boekje van Jean-Jacques Suurmond is een pareltje van vijftig bladzijden in klein formaat. Ik citeer wat op de achterkant van het boekje staat: ‘De ouderdom wordt vaak als een onaantrekkelijk proces van verval gezien: alles wordt minder. Gelukkig valt er nog heel wat méér over deze levensfase te zeggen. Zonder de problemen die met het ouder worden gepaard gaan te bagatelliseren, laat Jean-Jacques Suurmond in dit boekje zien dat er juist een spirituele kans in verscholen ligt. Ouder worden kan worden beleefd als een spirituele weg, waardoor de kwaliteit van leven toeneemt. Naast “alles wordt minder” kan men tegelijkertijd zeggen: “…ten diepste wordt alles meer dan ooit”.’

De schrijver ziet het ouder worden als een spirituele kans en een spirituele weg en baseert dat op een regel uit de tweede brief van Paulus aan de Korinthiërs: ‘Terwijl de uiterlijke mens vervalt, wordt de innerlijke vernieuwd’.

Het een en ander bracht mij op het idee om in gesprek te gaan met een paar oudere medezusters. Ze hebben respectabele leeftijden: 98 jaar, 89 jaar, 85 jaar en 81 jaar. Ik had twee vragen in gedachten: hoe belééf je de spiritualiteit van de ouderdom? Verandert de spiritualiteit bij het ouder worden? De reacties zijn uiteraard heel verschillend.

Er is dankbaarheid om elke nieuwe dag: om al het zoet dat het leven heeft gebracht en het zuur dat er ongevraagd bij gegeven is.

Dan wordt het ouder worden beleefd als iets moois, als een geschenk. Maar daarnaast is er ook teleurstelling om het verminderen van conditie, geheugen en concentratie. Het ideaalbeeld van een oude wijze vrouw, die raad geeft en in alle rust haar weg gaat, blijkt niet altijd te kloppen met de realiteit. Bij sommige van deze oudere medezusters komt alles wat gebeurt in wereld en samenleving heftig binnen, dwingt tot nadenken, maakt soms zelfs wat moedeloos en wanhopig. Er komt onrust en gevoelens van schuld en eenzaamheid, soms zelfs van zinloosheid.

De Vlaamse dominicanes Marie-Josine o.p. in woonzorgcentrum Engelendale, Brugge. Bron: Dominicaans Leven.

De Vlaamse dominicanes Marie-Josine o.p. in woonzorgcentrum Engelendale, Brugge. Bron: Dominicaans Leven.

Jaren geleden, toen deze medezusters nog middenin het werk stonden, was er vaak te weinig tijd om echt betrokken te zijn op wat zich afspeelde in wereld en samenleving. In hun hart leefde toen de hoop op ‘… later, als ik gepensioneerd ben kan ik in alle rust bidden en mediteren’. Maar zó werkt dat niet altijd en bij iedereen.

Kennelijk is de spiritualiteit van de ouderdom niet los te zien van het lichaam, van het achteruit gaan van de zintuigen en het verminderen van de mobiliteit. ‘… Nu bèn ik gepensioneerd, nu bèn ik oud, nu hèb ik tijd, en nòg is er niet de rust en de wijsheid en de lust om te gaan zitten om te bidden en te mediteren…’

In een enkel geval brengt dat nog een gevoel van schuld en tekortschieten teweeg. Vaak ook twijfel: ‘Is het nou wel allemaal wáár wat we hebben geloofd en waarin we hebben vertrouwd? Waarom merk ik daar zo weinig van? Gelden alle goede woorden ook voor mij?’

Bij alle vier de medezusters duikt bij de spiritualiteit van het ouder worden het begrip loslaten op, soms vergezeld van een glimlach, soms met een trekje van ergernis. Een van hen verwoordt het heel beeldend: ‘Je zat in de auto altijd zèlf achter het stuur. Dan komt er een moment, dat je moet uitstappen, je rijbewijs afgeven en op de achterbank gaan zitten. Anderen buigen zich over je heen om vol zorg de gordel om te doen.’

Het kan opstandigheid oproepen: ‘Ik wil zèlf achter het stuur, zèlf in- en uitstappen, zèlf mijn gordel omdoen…’ Maar na – of naast – de opstandigheid komt ook de acceptatie: ‘Ik kan alleen nog met een rollator nog lopen, de grenzen van mijn leefwereld komen steeds dichterbij, ik kan niet meer alles zèlf…’. Tegelijk wordt die leefwereld weer groter gemaakt door belangstelling voor anderen, meedoen aan activiteiten en openheid voor de dingen van de dag.

Baptiste Tuin o.p.

Baptiste Tuin o.p.

Naast loslaten komt in de reacties het begrip toevertrouwen naar boven: een spiritualiteit van een diep geworteld geloof, vertrouwen en hoop. Op de vraag of de spiritualiteit door de jaren heen is veranderd komen verschillende antwoorden. Bij de een is dat duidelijk het geval.

Een ander vindt bedachtzaam, dat niet de spiritualiteit is veranderd, maar de beleving ervan. Samenvattend citeer ik één van de zusters: ‘De ouderdom is een weg van doen naar mogen zijn, van tranen naar blij zijn, van kijken naar wat wèl kan, van drukte naar stilte, van mensen weer naar God.’

Bij elkaar gehoord en opgeschreven door Baptiste Tuin o.p., Huize Bijdorp, Voorschoten

Eerder verschenen in Dominicaans Leven

Het heilige en de vrijheid van meningsuiting

$
0
0

West-Europa is in turbulentie na de brute moord op Charlie Hebdo. Lekendominicaan en theoloog Thijs Caspers verbaast zich over het pleidooi ‘dat we om alles moeten kunnen lachen’. Maar is de vrijheid van meningsuiting niet meer dan het ventileren van meningen? Ontmoeten we elkaar wel echt, als er niets heilig is?

Thijs Caspers

Thijs Caspers

De beestachtige moorden in Parijs veroorzaakten een schokgolf die nog steeds voortduurt. Veel mensen zijn in het hart geraakt door de gebeurtenissen, omdat er een aanslag is gepleegd op iets wat hun zeer dierbaar is: hun gevoel van vrijheid, het recht op vrije meningsuiting en bovenal hun veiligheid. Het gevoel dat de frontlinie van de jihad zich plotsklaps heeft verlegd naar onze onkwetsbaar geachte Europese steden, heeft veel impact.

Wat mij het meest intrigeert is het gehamer op het recht op vrije meningsuiting, gesymboliseerd door de vele in de lucht gestoken pennen en de eindeloze hoeveelheid zwarte bordjes met daarop in wit geschreven ‘Je suis Charlie’.

Als uiting van verdriet en solidariteit met degenen die weerloos de dood vonden, begrijp ik dit volkomen. Maar wat me tot nadenken stemt is de onderstroom in de verbale reactie van veel mensen. Ik ben nog aan het zoeken waar het ‘m precies in zit, maar misschien komt het goed samen in de reactie van een man die vlak na de gebeurtenissen voor de camera zei: ‘De vrijheid van meningsuiting is belangrijk: we moeten toch om alles kunnen lachen’.

Om alles kunnen lachen, helpt ons dat verder? Verbindt dat de collectieve wonden? Ik ben bang van niet. Onze premier liet zich tijdens de demonstratie op De Dam in Amsterdam in soortgelijke bewoordingen uit: ‘Laat ons antwoorden door de spot, de satire, de grap over alles en iedereen te koesteren’.

Natuurlijk moeten we de kracht van de lach niet onderschatten. De lach geeft ruimte om te ademen, maakt het ondraaglijke soms dragelijk en het onbespreekbare soms bespreekbaar. Maar hier verschijnt de lach niet als ruimtegevend, maar als een middel om het waardevolle af te vlakken. De lach als middel om alles wat mensen dierbaar kan zijn, in religieus of ander opzicht, terug te brengen tot iets waar om gelachen ‘moet kunnen worden’.

Maar als wij om alles lachen, is er dan eigenlijk nog wel iets heilig of écht de moeite waard om voor te gaan staan? Staan wij dan niet in een wereld waarin wij alles hebben gerelativeerd? Een nihilistische samenleving waarin er slechts meningen zijn en wij dingen zeggen en doen ‘omdat het kan’? Ontslaan wij ons dan niet van de plicht daadwerkelijk te luisteren en stil te staan bij wat de ander ons te vertellen heeft, bij wat de ander als waardevol en als heilig beschouwt?

Ik zou zeggen dat wij in zo’n wereld het gesprek terugbrengen tot een monoloog van individuen die hun mening ventileren. Meningen die in scherpte over elkaar heen vallen en waarbij we de kunst van het luisteren verleren. Een serie monologen zonder gesprek.

Maar wat moeten we dan doen? Hoe kunnen wij uit de gebeurtenissen in Parijs en onze collectieve verontwaardiging iets halen wat ons verder kan brengen? Misschien is de vrijheid van meningsuiting er wel het meest bij gebaat als wij het heilige weer een plek durven te geven in onze cultuur en te zien op wat voor wijze wijzelf daarbij een vruchtbare rol zouden kunnen spelen.

Voor mij heeft dat te maken met de manier waarop Jezus een perspectief opende van hoop, liefde, overvloed en nieuw begin: dat wij een sprankeling van de liefde kunnen belichamen, in een maatschappelijk debat dat zo hard van toon is. Dat wij iets zichtbaar kunnen maken van ‘licht dat onstuitbaar doordringt in mensen’, waarbij wij elkaars angsten durven te zien, in onze zoektocht naar gemeenschappelijke grond.

*

Ontleend aan de overweging van Thijs Caspers in de Studentenkerk van Nijmegen, op 18 januari 2015.

Studiereis Cyprus, eiland van liefde en vervreemding

$
0
0

De stichting ‘Oecumenische Ontmoetingen’ en het ‘Leerhuis Spiritualiteit’ in Rotterdam organiseren een studiereis naar het eiland Cyprus, van 28 mei tot en met 4 juni 2015.

Zicht op Nicosia

Zicht op Nicosia, Cyprus

De blijkbaar erotische schoonheid van de natuur heeft op dit eiland de geboorte van de mythische Artemis laten plaatsvinden, de godin van de pure en stralende verliefdheid. Maar Cyprus is ook het eiland waar nog steeds door een muur wordt aangetoond, dat onze wereld helaas ook haat, discriminatie, etnische tegenstellingen en eeuwenoude conflicten kent.

Cyprus heeft heel bijzondere sporen van cultureel erfgoed, dat duizenden jaren teruggaat in de tijd. Het heeft een eigen christelijke traditie, begonnen door de apostelen Paulus en Barnabas. Een zelfstandige kerk in de orthodoxe traditie, met indrukwekkende kloosters en heiligdommen. Een eiland, waarvan de politieke situatie helaas vaak werd en wordt bepaald door de kolossale tegenstellingen in de wereld.

Gaat u mee om grondig met dit eiland, haar cultuur en haar godsdienst kennis te maken? Begeleid door een Nederlands sprekende plaatselijke gids, en ook door Co Elshout en Leo Raph. A. de Jong o.p. Vanuit een vast logeeradres: een hotel met vele faciliteiten.

De reis is van 28 mei 2015 heen en 4 juni 2015 terug met Transavia (charter).
Prijs €1.345,00 p.p. (toeslag 1 pers. kamer € 140,00), inclusief vlucht en belastingen, alle vervoer, logies, ontbijt, diner, fooien en vijf excursiedagen naar steden, kerken, kloosters, in zowel het Griekse als het Turkse deel van het eiland.

Verblijf de gehele week in hotel Narvarrio direct aan zee en strand (en bushalte voor de deur).

Nadere inlichtingen en opgave bij Co Elshout – tel. 010-422 04 71 – of Leo Raph. A. De Jong o.p.

e-mail: leerhuisspiritualiteit@gmail.com

Wij kunnen en hoeven niet alle ellende op te lossen

$
0
0

Even zullen we het koninkrijk ervaren. Zal dat onze wereld veranderen?

Wij leven in een wereld waarin het nog steeds niet goed toeven is; daarvoor is er teveel ellende om ons heen, in ons eigen leven. We hebben geen Bijbel nodig om ons te vertellen, dat onze wereld nog lang niet af is. Niet alleen zie je veel bloed en geweld via televisie en krant. We zien ook mensen lijden in onze eigen omgeving aan zorgen, ziekte, angst. We zien mensen gebukt gaan onder torenhoge verwachtingen, gebrek hebben aan respect voor zichzelf, voor anderen, lijden onder eenzaamheid, pesterijen.

De Bijbel weet hiervan en vertelt ons in vele verhalen, dat pijn en verdriet niet het laatste woord hebben. Dit krijgen we niet alleen te horen, maar ook te voelen.

Straks zullen we van de wijn drinken die ons wordt aangereikt, er Jezus in zien die zich met ons en ons met elkaar verbindt. Even zullen we dat koninkrijk ervaren. Zal dat onze wereld veranderen? Ja, dat zal zeker onze wereld veranderen. Niet dat wij alle ellende in ons eigen leven en dat van anderen kunnen oplossen. Dat kunnen wij niet, en dat hoeven wij ook niet.

Maar wij zullen het niet onze rug toe draaien, noch bij de pakken neerzitten. We zullen hen die in nood zijn nabij blijven, vanuit een doorleefd vertrouwen op de Levende die in Jezus vlees en bloed werd. Hij is blij met ons, en kiest voor ons.

Uit de preek van Theo Koster o.p. in het Dominicanenklooster Huissen op 18 januari 2015

Viewing all 3347 articles
Browse latest View live