Het verdwijnen van het zichtbaar christelijke in onze cultuur is een kans om te wijzen op de weg naar binnen, schrijft zr. Sara Böhmer, overste van de dominicanessen van Bethanië, in haar Adventsbrief aan haar medezusters.

Sara Böhmer o.p.
In deze Adventtijd ben ik in gedachten veel bezig met het verdwijnen van al het christelijke uit onze omgeving. Het is een sluipend proces, dat in Nederland verder voortgeschreden is dan in Duitsland. De kerstzegels werden winterzegels, de adventskalender werd tot decemberkalender (voornamelijk in Duitsland bekend) en de kerstmarkt in veel Duitse steden tot wintermarkt. Op Tweede Kerstdag zitten Nederlandse steden aan de grens als Roermond en Venlo overvol met Duitsers, die ervan profiteren, dat hier alle winkels open zijn.
Waar is het christelijke gezicht van onze landen gebleven? Wat kunnen we ertegenover zetten?
Twee keer mocht ik de Adventstijd doorbrengen in Jeruzalem. Nergens kun je Kerstmis beter ontvluchten dan in de Heilige Stad, vlak bij Bethlehem! Want in die niet-christelijke stad interesseert het niemand dat het Kerstmis is. Wie zich op Kerstmis wil voorbereiden en de Advent als ‘actieve wachttijd’ wil beleven, moet dat op eigen initiatief doen.
Wij komen in onze maatschappij hier steeds dichter bij. Misschien ligt de kans voor ons in deze verdwijnende uiterlijkheden, dat de weg naar binnen meer zichtbaar wordt. Daartoe kunnen we mensen uitnodigen. We kunnen erover spreken, dat Kerstmis meer is dan een winterfeest, de Advent meer dan 3 ½ weken in december.
Het ligt aan ons, hoe we voor onszelf en de mensen om ons heen, deze tijd gestalte geven en ervaarbaar maken.
Klik hier voor de website van de dominicanessen van Bethanië.